Begrippenlijst
Term | Definitie |
---|---|
Ideële reclame |
De opvattingen en/of gedragingen van mensen beïnvloeden, bijvoorbeeld over het milieu. |
IIliquide |
Als er te weinig liquide middelen zijn om aan alle betalingsverplichtingen te kunnen voldoen. Dan moet de onderneming maatregelen treffen om de liquiditeit te verbeteren. |
IJzeren voorraad |
Een voorraad goederen waarover een onderneming voor een ongestoorde bedrijfsuitoefening altijd moet beschikken (de minimumvoorraad). |
Immateriële eigenschappen |
De eigenschappen die de consument aan het product verbindt. |
Immateriële vaste activa |
Activa die niet kunt zien of aanraken maar wel een waarde hebben. |
Incidentele delegatie | Incidentele delegatie komt voor als zich een nieuwe, tijdelijke taak voordoet, die niemand in zijn functiebeschrijving heeft staan of bij vervanging vanwege ziekte, vakantie of een vacature. |
Indeling toespraak/presentatie |
Er is altijd een inleiding (opening, paar zinnen over de kern en hoofdonderwerpen), een middenstuk (hoofdonderwerpen) en een slot (samenvatting, herhaling en slotzin). |
Index |
De gezamenlijke prestatie van een verzameling aandelenfondsen. |
Indexcijfer |
Een indexcijfer is een getal dat de verhouding weergeeft tussen de waarde van een grootheid in een bepaalde periode en de waarde van die grootheid in de basisperiode. Een indexcijfer is een verhoudingsgetal. |
Indirecte distributie |
Er zitten tussen de producent en de afnemer één of meer tussenschakels. |
Indirecte kosten | Alle kosten die niet direct betrekking hebben op een bepaald product of order. AIs we niet precies kunnen aangeven voor welk product of order de kosten worden gemaakt, dan zijn de kosten indirect. |
Individueel besluit |
Besluit door de bevoegde functionaris. |
Individuele arbeidsovereenkomst | |
Individuele reclame |
De fabrikant maakt reclame voor zijn eigen product. |
Industriële onderneming |
In een industriële onderneming worden grondstoffen omgezet in producten met behulp van onder andere arbeid en duurzame productiemiddelen. |
Informatie |
Gegevens die de kennis van de ontvanger vergroten. Informatie moet betrouwbaar, relevant en tijdig zijn. |
Informatiebehoefte |
De behoefte aan informatie (zowel intern – van binnen de organisatie – als extern – van buiten de organisatie –) voor iedere manager om beslissingen te kunnen nemen, bij te kunnen sturen en zich te kunnen verantwoorden. |
Informatierecht |
De werkgever is verplicht alle informatie te verstrekken die de raad nodig heeft om zijn taken goed te kunnen vervullen. |
Informatieregels |
Voor de controle op de identiteit moet een webwinkel minimaal vermelden: de naam, KvK-nummer, adres, contactgegevens en btw-nummer. |
Informatiestromen |
Het doorlopende proces van de overdracht van informatie. |
Informatiesysteem |
Het geheel van personen, hulpmiddelen en activiteiten dat gericht is op het verzamelen, verwerken en verstrekken van gegevens om te kunnen voorzien in de informatiebehoeften van personen binnen en buiten de organisatie. Alle activiteiten daarbij zijn onderdeel van het informatieverzorgingsproces. |
Informatieve vergadering |
Het doel is informatie uitwisselen. |
Informatieverzorging |
De informatieverzorging is afhankelijk van de soort, de grootte en het doel van de organisatie. |
Informele communicatie |
Alle communicatie zonder vaste regels en structuren. |
Informele vereniging |
Geen eisen aan de oprichting. Andere naam is vereniging met beperkte rechtsbevoegdheid. De bestuursleden zijn aansprakelijk als er betalingsproblemen ontstaan. |
Inkoopkosten |
Kosten die verbonden zijn aan de aankoop van goederen. |
Inrichtingseisen |
De bepalingen voor het opstellen van de jaarrekening, het jaarverslag en de overige gegevens. |
Inspraak |
Iedereen kan zijn mening geven en de beslisser moet met die opvattingen rekening houden. |
Installaties |
Een installatie is een complex van meer machines die bij elkaar horen. |
Instemmingsrecht | |
Institutionele beleggers | |
Instructieve vergadering |
Het doel is met elkaar af te spreken wie welke taken op zich zal nemen en hoe die taken uit te voeren. |
Integraal management |
Een manager of groep van managers is verantwoordelijk voor alle aspecten van het beleid. |
Interactieve communicatiemiddelen | |
Interculturele miscommunicatie | |
Interestkosten |
Investering in productiemiddelen vergt vermogensbeslag en dat leidt tot interestkosten. |
Interestkosten duurzame productiemiddelen | We berekenen jaarlijks interest over het gemiddeld geïnvesteerd vermogen gedurende de gehele levensduur. Dit doen we met de formule (A + R) / 2. M&O in Balans, 7e druk, havo H21, vwo H23 |
Interestmarge |
Interestmarge is rentabiliteit van het totale vermogen (RTV) – interest vreemd vermogen (IVV). |
Interne balans en winst-en-verliesrekening |
Overzichten voor intern gebruik om sturingsinformatie te kunnen geven. |
Interpreteren | |
Intrinsieke waarde onderneming |
De waarde van de onderneming volgens de balansgegevens: bezittingen verminderd met het vreemd vermogen of intrinsieke waarde = eigen vermogen. |
Intrinsieke waarde per aandeel |
De intrinsieke waarde per aandeel berekenen we met de formule: Eigen vermogen / aantal geplaatste aandelen. |
Intuïtieve besluitvormingsmethode | Besluit op gevoelsmatige, niet rationele gronden. |
Investeren |
Het door de onderneming aanschaffen van kapitaalgoederen. |
Investeringsbegroting | In een investeringsbegroting nemen we de bedragen voor de investeringen in de noodzakelijke activa op. Voor een startende onderneming geeft de investeringsbegroting aan hoeveel vermogen nodig is om de onderneming te beginnen door een overzicht van alle investeringen die nodig zijn om het bedrijf te beginnen. |